Mijn oude jas

‘Je noemt het coaching?’ Vroeg de vrouw aan de telefoon. Ik verbeelde me dat er wat afkeur in haar stem klonk. ‘Ik ben gewoon psycholoog hoor,’ hoorde ik mezelf snel zeggen, ‘maar ik werk laagdrempeliger. Ook veel met stellen voor wie therapie als een stap te ver zou voelen. Vrij praktisch. Daarom past coaching beter.’  

Deze dame gaf oa les aan het RINO. De grote boze organisatie waarvoor me tijdens mijn studie zoveel ontzag was ingeboezemd. Mocht het je, als door een wonder, lukken om ergens een opleidingsplek te bemachtigen, dan zou je daar worden opgeleid tot GZ-psycholoog. Dan deed je pas écht mee. 

Maar ik weigerde door de 63 brandende hoepels te springen die destijds nodig waren om zelfs maar een kleine kans te maken op een GZ-plek. Ik wilde ook helemaal geen GZ-psycholoog worden. Ik wilde systeemtherapeut worden. Maar ja, dan moest ik wel werk hebben als behandelaar én een baas die de peperdure opleiding voor me wilde betalen. Dat ging ik niet krijgen zonder eerst die onbereikbare GZ-opleiding te doorlopen.  Ja, of ik moest zelf een praktijk starten en dat geld bij elkaar sparen. Maar dat leek zowaar nog onmogelijker. 

Ik had huur te betalen, dus ik sloeg een totaal ander pad in. Een pad wat me uiteindelijk steeds terugbracht bij mijn oude liefde, intermenselijke relaties en communicatie. Toen ik in 2020 besloot te doen wat ik écht wilde en startte als relatiecoach, voelde die term onwennig en te groot. Als een jas die ik, een kind, stiekem van een volwassene had gestolen. Die ik subbiet weer in zou moeten leveren als ik betrapt zou worden. Betrapt door mensen als GZ-psychologen en het RINO die me zouden zeggen dat ik niet gekwalificeerd genoeg was om mensen te helpen. 

‘Maar op zich,’ zei mijn beste vriendin rustig toen ik het ongemak van de jas met haar deelde, ‘heb je wel gewoon een master diploma waarop staat dat je psycholoog bent hè?’ Oh ja, dat diploma betekende ook nog iets. Dat BIG register en al die hoepels hadden me doen vergeten dat mijn studie waarde had. Daarna voelde de jas van relatiecoach iets minder spannend. Het werd steeds meer een fijne jas. Een jas die ik met trots droeg. Regelmatig las ik een boek of volgde een online training waarna de jas nog beter zat. Ik was er trots op. 

En nu, nu had ik me aangemeld voor een cursus voor professionals. Eigenlijk een deelvak van een grotere opleiding, maar los volgen mocht ook. De docente had me gebeld omdat de groep in Haarlem te klein was om te starten, maar ik kon me op de wachtlijst zetten om dezelfde cursus te volgen in Amsterdam. Bij het RINO. 

Ze wilde wel wat meer weten over wat ik eigenlijk deed. Ineens voelde mijn mooie jas dunnetjes, van slechte kwaliteit en een tikkeltje te krap. Daarmee kon ik toch niet bij het RINO aankomen? ‘Je noemt het coaching?’ Ik wilde mijn jas verdedigen, maar ook weer niet. Ik wilde vooral dat ze zou weten dat ik deze jas had aangetrokken omdat het voelde alsof ik niet gekwalificeerd was voor een mooiere, betere jas. Omdat ik me niet iets toe wilde eigenen wat niet van mij was. Maar dat ik zo verlangde naar die andere jas. Dat ik wist dat die me op den duur ook zou passen. 

‘Dus ga je nu in Amsterdam naar die cursus?’ Vroeg mijn moeder die avond. ‘Nou ja, ik kan me op de wachtlijst zetten. Maar ik sta achteraan in de rij,’ zei ik teleurgesteld, ‘de docente was aardig, maar ook eerlijk. Mensen die dit vak als onderdeel van hun GZ-opleiding of opleiding tot systeemtherapeut willen kiezen, krijgen altijd voorrang.’ Ik prikte teleurgesteld in mijn eten. De boodschap was duidelijk. Mijn jas was inderdaad niet goed genoeg. 

‘En die systeemtherapeut opleiding?’ vroeg ze door. ‘Dat is de opleiding die ik altijd heb willen volgen, de NVRG opleiding. Die geven ze hier in Haarlem ook en ik voldoe aan alle eisen. Maar ja, die kan ik niet betalen. Ik ga ervoor sparen. Maar tot die tijd…’ Mijn gevoel van afwijzing was groot. Ik klopte naar mijn idee al sinds mijn studie wanhopig op de deuren van ‘het vak’ en werd steeds weggestuurd. Niet omdat ik niet goed was in mijn werk, of niet hard genoeg werkte. Nee, door pech, arbeidsmarkt, regels, bureaucratie  en omstandigheden. ‘Hoe duur is die opleiding dan?’ Vroeg mijn moeder langs haar neus weg.

Die vrijdag zat ik te werken in mijn favoriete koffietentje. Mijn moeder kwam ook even. Ze bestelde een cappuccino en ging tegenover me zitten. ‘Meld je maar aan voor die opleiding. Ik wil het graag voor je betalen.’ Verbijsterd keek ik haar aan. ‘Het is belangrijk dat je je blijft ontwikkelen. Vraag maar of het in termijnen betaald mag worden en meld je aan. Misschien is er nog plek in de groep van januari.’ Er was nog plek in de groep van januari. 

In mijn motivatiebrief schreef ik over de brandende hoepels waar ik voor bedankt had, het pad wat ik wel gekozen had en over relatiecaching. De jas die nu zo lekker zat. “Dit doe ik met veel plezier, maar ik verlang naar verdieping in mijn werk en mijn kennis.” Schreef ik. Een paar weken later appte ik Kevin terwijl ik nog onderweg was naar huis ‘ik ben aangenomen.’ 

Het was nog een paar weken later, dat ik een mail ontving van de vriendelijke dame die ik had gesproken over de cursus. Ze wilde toch een groep in Haarlem laten starten in februari, schreef ze. Of ik nog interesse had? Glimlachend realiseerde ik me dat ik terug kon mailen dat ik graag haar cursus zou volgen, maar pas volgend jaar. Als specialistisch blok van de opleiding tot systeemtherapeut. ‘Je noemt het coaching?’ Hoorde ik weer in mijn oor. Ik aaide in gedachte over mijn jas. ‘Ja,’ dacht ik tevreden bij mezelf, ‘voorlopig nog wel.